Orkestdirectie
De afstudeerrichting orkestdirectie richt zich in de bachelorfase op de veelzijdige amateur- en semi-professionele praktijk en in het masterprogramma op de praktijk van de beroepsorkesten en -ensembles. Allereerst wordt naast een grondige leerschool om de techniek van het dirigeren te kunnen beheersen veel aandacht besteed aan een brede theoretische scholing. Van de student orkestdirectie wordt verwacht dat hij over een brede muzikale ontwikkeling beschikt, die in het verloop van de studie vanuit het orkest- en ensemblerepertoire verder verdiept wordt.
Docenten
bachelor
Ed Spanjaard vakgroepvertegenwoordiger, hoofdvak
Karel Deseure vaste gastdocent
Antony Hermus vaste gastdocent
Bas Wiegers vaste gastdocent
Nationale Master Orkestdirectie
Ed Spanjaard hoofdvak
Jac van Steenhoofdvak
Veel aandacht wordt gegeven aan de praktische aspecten van het dirigent-zijn: het repeteren en organiseren, het omgaan met musici, het programmeren van optredens. Daar waar mogelijk wordt de aankomende dirigent binnen het Conservatorium van Amsterdam ingezet, zowel voor de eigen ervaring als voor die van medestudenten.
Toelatingseisen
Selectie van de kandidaten voor het toelatingsexamen geschiedt na beoordeling van een video-opname door de toelatingscommissie. Het repertoire voor de video-opname is vrij te kiezen door de kandidaat. De opname moet voor 1 februari digitaal via het aanmeldingsformulier worden ingestuurd.
Voorwaarde voor de studie is dat je al klaar bent met de studie van een instrumentaal hoofdvak of daar in elk geval mee bezig bent.
Verdere vereisten:
- blijk geven van enige vaardigheid in het pianospel
- een deel uit een sonate en een voordrachtstuk spelen
- enige vaardigheid tonen in het spelen van partituren aan de piano
- een gehoortest ondergaan, waarbij je inzicht in muzikale structuren wordt getoetst
- blijk geven van geschiktheid voor het hoofdvak, hetgeen wordt getest aan de hand van een repetitie
Nationale Master Orkestdirectie
De Nationale Master Orkestdirectie (NMO) heeft tot doel orkestdirigenten met een voltooide bachelor op te leiden tot het hoge niveau dat vereist is om een professioneel symfonieorkest adequaat en artistiek verantwoord te kunnen leiden (hiermee onderscheidt de NMO zich van een bachelor orkestdirectie, die dirigenten opleidt voor amateur- of jeugdorkesten). Bovendien beoogt dit initiatief een brug te slaan tussen de opleiding en het werkveld en de op te leiden dirigenten te steunen in de verdere opbouw/uitbouw van hun eigen professionele netwerk. Tenslotte leidt het tot een verrijking van het educatieve aanbod van de betrokken orkesten. Lees meer