Gitaar
Bij het hoofdvak gitaar is er aandacht voor jazz uit alle perioden. De studenten worden gestimuleerd hun eigen stijl te vinden. Belangrijk daarbij is de mogelijkheid van verschillende hoofdvakdocenten les te krijgen en in uiteenlopende ensembles te spelen. Op deze Spotify-playlist kun je horen hoe stilistisch breed de gitaristen die studeerden aan de afdeling gitaar jazz van het CvA zich hebben ontwikkeld.
Docenten
Maarten van der Grintencoördinator
Reinier Baas
Martijn van Iterson
Jesse van Ruller
Peter Bernstein Artist in Residence
Durk Hijma techniek, methodiek
Eric Vaarzon Morelflamenco
Het docententeam bestaat uit Maarten van der Grinten, Martijn van Iterson, Jesse van Ruller, Reinier Baas en Durk Hijma (techniek). Peter Bernstein is als vaste gastdocent/Artist in Residence verbonden aan de gitaarvakgroep. Een greep uit de overige gastdocenten: John Scofield, Jim Hall, Mike Stern, Leonardo Amuedo, John Abercrombie, Nelson Veras, Nelson Faría, Lula Galvão, Charlie Hunter, Lage Lund en Lionel Loueke.
Coördinatie: Maarten van der Grinten
Toelating
Toelatingseisen
Voor het toelatingsexamen vindt een voorselectie plaats middels door de kandidaat in het aanmeldingsformulier te uploaden opnamen van twee stukken uit het jazzidioom en één stuk naar keuze. Als de stukken als onvoldoende worden beoordeeld, wordt de kandidaat niet uitgenodigd voor het toelatingsexamen.
Tijdens het toelatingsexamen wordt de kandidaat getoetst op:
Speelvaardigheid
- Repertoire: de commissie maakt een keuze uit drie door de kandidaat voorbereide stukken, waaronder bijvoorkeur één (jazz-) blues en minstens één stuk uit het standaard jazzrepertoire. Van het laatstgenoemde stuk dient de kandidaat de melodie zuiver en éénstemmig te spelen (single string, geen akkoordarrangement). Elk stuk moet thema, improvisatie en begeleiding bevatten. De kandidaat wordt hierbij begeleid door een van de gitaardocenten (tenzij de kandidaat eigen begeleiding meegenomen heeft). In verband met de korte tijdsduur van het examen (30 minuten) behoudt de commissie zich het recht voor een stuk te onderbreken.
- Techniek: uit de gespeelde stukken moet blijken dat de kandidaat beschikt over een redelijke akkoordenkennis en dat hij/zij de majeur- en mineurtoonladders in positie beheerst. Indien nodig kan de commissie ernaar vragen. De studie gaat in principe uit van spel met plectrum. Als de kandidaat niet met plectrum speelt, moeten de mogelijkheden worden bekeken. Het niveau van het melodiespel (single string) is hierbij van belang.
Gehoor en leesvaardigheid
Onderdelen hiervan zijn:
- op het gehoor naspelen van een voorgespeelde lijn (zonder opgegeven toonsoort)
- het op gehoor soleren op een voorgespeelde harmonische progressie zonder dat hierover enige aanwijzing wordt verstrekt
- het spelen van een uitgeschreven melodie; na een korte voorbereiding ook in positie
- (optioneel) het spelen van een harmonische progressie aan de hand van akkoordsymbolen
De commissie kan het examen met enkele oefeningen aanvullen als ze meer informatie over de kandidaat wenst.
Beoordeling
De mogelijkheden om een hoofdvakstudie te volgen worden door de commissie besproken terwijld e kandidaat buitend e kamer wacht. Direct na het overleg wordt de kandidaat van de uitslag op de hoogte gesteld.
Er wordt gelet op o.a.
- muzikaliteit, gehoor en melodisch inzicht
- gevoel voor ritme en tempo
- affiniteit met jazz
maar hiernaast ook op
- harmonisch inzicht
- techniek, toonvorming
- het niveau van van blad spelen
Voorselectie
Op het aanmeldingsformulier vult de kandidaat links (o.a. Youtube, Soundlink) in naar het volgende:
- opnamen van drie of vier stukken van uiteenlopend karakter waarin de gitaar een hoofdrol speelt
- een opname van een eigen stuk
- indien mogelijk video-opnamen van het bachelor-eindexamen
Aan de hand van de opnamen wordt beoordeeld of de kandidaat voldoende niveau heeft voor het masterprogramma. Bij een positieve beoordeling wordt de kandidaat uitgenodigd voor het toelatingsexamen.
Toelatingsexamen
Het master-toelatingsexamen bestaat uit twee delen:
- een praktisch deel
- een toelatingsgesprek
In het toelatingsgesprek worden de volgende zaken besproken:
- motivatie voor een masterstudie
- specifieke plannen voor de studie (naar aanleiding van de geschreven motivatie bij het toelatingsformulier)
- plannen m.b.t. het master-curriculum en een onderzoeksvoorstel
Voor het praktisch deel wordt er een keuze gemaakt uit vijf stukken. Als je voor het toelatingsexamen wordt uitgenodigd, krijg je de eisen daarvan toegestuurd. Het betreft in elk geval: een modaal stuk, een medium two beat-stuk, een snel bebop-achtig stuk, een Coltrane-stuk en een rubato ballad voor gitaar solo.
Bij het examen begeleidt een van de hoofdvakdocenten. Er is geen ritmesectie aanwezig.