Muziektheorie Jazz
Het hoofdvak Muziektheorie Jazz is een combinatie van kunstonderwijs en theoretische reflectie, zowel in de bachelor- als in de masteropleiding. Kenmerkend voor deze unieke en robuuste studierichting binnen het CvA is de volgende zienswijze. Theoretische kennis, vaardigheden en reflectie gaan hand in hand met de praktische beoefening van de muziek, als bijvoorbeeld instrumentalist of arrangeur. Het uitgangspunt is het eigene van jazz, met een scherp oog voor de bredere muzikaal-culturele en historische context waar jazz deel van uitmaakt. Het CvA, met zijn breed georiënteerde, internationaal gerenommeerde jazzopleiding, is bij uitstek de plaats waar deze uitgangspunten vruchtbaar in de praktijk kunnen worden gebracht.
Docenten
Edwin Paarlberg coördinator
Barbara Bleijanalyse, contrapunt, solfège, methodiek
Walther Stuhlmacher harmonie aan de piano
Henk Huizinga harmonie, arrangeren
Naast de reguliere lessen worden er gedurende het schooljaar andere evenementen georganiseerd. Deze omvatten: een colloquium waar studenten en docenten werk-in-uitvoering kunnen presenteren; gastsprekers zoals het jaarlijkse programma 'Music Theorist in Residence'; en studiedagen en conferenties, georganiseerd door de Nederlands-Vlaamse Vereniging voor Muziektheorie.
Aan de hand van de voorkennis en ervaring die aankomende studenten hebben wordt bepaald in welk jaar van de opleiding ze starten. Deze beslissing wordt genomen na het toelatingsexamen.
Coördinator
Edwin Paarlberg
Vakgroepvertegenwoordiger
Barbara Bleij
In de bachelorfase biedt de opleiding een grondige basis in vaardigheden op het gebied van de jazztheorie, met kernvakken als analyse/transcriptie, harmonie en arrangeren/orkestreren. Ook maken de studenten kennis met de belangrijkste stromingen in het professionele werkveld door middel van theoretische literatuurstudie. Daarnaast maakt een breed pakket aan traditionele westerse muziektheorie deel uit van de studie, zoals klassieke analyse en harmonie, contrapunt en instrumentatie. Ook verwerven de studenten didactische vaardigheden in methodieklessen en stage, en leren ze werken met jonge musici in verschillende praktische situaties.
De meeste lessen voor het hoofdvak muziektheorie worden individueel of in zeer kleine groepen gegeven, wat een intensieve studie op maat mogelijk maakt. Verder zijn er binnen het rijke aanbod van het CvA veel mogelijkheden om individuele accenten te leggen.
Na de studie
Met een bachelordiploma kunnen muziektheoretici werken als docent op hbo-niveau en bij instellingen voor amateurmusici.
Toelatingseisen
Bij de toelating wordt vooral getoetst:
- affiniteit met jazzmuziek
- kennis van jazzgeschiedenis
- aanleg voor en vaardigheid in de specifieke ritmiek en harmoniek van de jazz
- auditieve perceptie (harmonisch, ritmisch en melodisch gehoor)
- harmonie aan de piano
- zekere bedrevenheid in de klassieke muziektheorie
- bereidheid tot muziektheoretisch onderzoek.
De aspirant-jazztheoreticus wordt geacht op een aanvaardbaar niveau een binnen de jazz gebruikelijk instrument te bespelen of een studieprogramma te volgen dat tot dat niveau kan leiden.
In de masterfase komt het accent in toenemende mate op de individuele interesses en ambities van de student te liggen, zowel binnen de hoofdvakken als in het overige programma, uitmondend in de Master’s Thesis.
Na de studie
Met het masterdiploma zijn muziektheoretici gekwalificeerd om les te geven in het muziekvakonderwijs en aan universiteiten. Ook kunnen ze meedingen naar PhD-posities in binnen- en buitenland.