Zang
Het bachelorprogramma duur vier jaar en is speciaal toegesneden op zangers die zich willen specialiseren in de vocale technieken en uitvoeringspraktijk van de diverse muzikale stijlen die in zwang waren van de middeleeuwen tot de 19e eeuw. Naast het hoofdvak (solozang) en de gebruikelijke theoretische vakken als solfège, theorie van de harmonie en muziekanalyse maken verschillende specialistische vakken deel uit van het programma, zoals retoriek, gestiek, renaissance- en barokdans, improvisatie, ornamentatie en diminuties en het lezen van becijferde bassen.
Ook nemen de studenten deel aan projecten die zich richten op een specifieke stijl, periode of componist, die gegeven worden door internationaal hoog aangeschreven specialisten op de betrokken gebieden.
Aanmelding, voorselectie en auditie
Selectie van de kandidaten voor het toelatingsexamen geschiedt na beoordeling van een video-opname door de toelatingscommissie. De opname moet voor 1 februari digitaal via het aanmeldingsformulier worden ingestuurd. Het repertoire voor de video is een gevarieerde selectie van maximaal 15 minuten uit het vereiste toelatingsrepertoire.
Klik hier voor de data van de live-audities. Kijk voor de live-audities zorgvuldig naar de specifieke toelatingseisen en bereid je goed voor.
Toelatingsrepertoire
De kandidaat bereidt een programma voor met zeven werken, die uit het hoofd moeten kunnen worden gezongen. De kandidaat kiest zelf het stuk waarmee hij/zij wil beginnen, de toelatingscommissie kiest daarna nog twee te zingen stukken.
Het programma moet voldoen aan de volgende eisen:
- twee stukken uit de 17e eeuw (monodie: song, aria, air, madrigaal)
- twee opera- of oratoriumaria’s uit de 18e eeuw, waarvan één met een recitatief (secco of accompagnato)
- drie Duitse liederen uit de eerste helft van de 19e eeuw (Beethoven, Schubert of Schumann)
- het programma moet ten minste drie verschillende talen bevatten
- een voor te dragen gedicht, in het Nederlands, Engels, Frans, Italiaans, Spaans of Duits
Masterstudenten volgen een tweejarig studieprogramma dat erop gericht is het allerhoogste niveau te bereiken, dat nodig is om professioneel te kunnen functioneren in de wereld van de Oude Muziek. In de masteropleiding kan de student zijn/haar eigen specialisaties kiezen binnen het oude-muziekrepertoire. Ook maakt onafhankelijk musicologisch onderzoek, door middel van geschreven werk en een mondelinge presentatie, deel uit van het programma.
Toelatingseisen
Selectie van de kandidaten voor het toelatingsexamen geschiedt na beoordeling van een video-opname door de toelatingscommissie. De opname moet voor 1 februari digitaal via het aanmeldingsformulier worden ingestuurd. Het repertoire voor de video is een gevarieerde selectie van maximaal 15 minuten uit het vereiste toelatingsrepertoire.
De kandidaat heeft een bachelorstudie met goed gevolg afgerond.
Toelatingsrepertoire
- De kandidaat bereidt een gevarieerd programma van 50 minuten voor dat uit het hoofd moet worden gezongen. De auditant kiest daaruit zelf één werk; de commissie kiest nog twee of drie werken uit het programma.
- De kandidaat stuurt vóór 15 februari het studiesecretariaat van het CvA een repertoirelijst toe met een programmavoorstel voor het toelatingsexamen.
Docenten
Xenia Meijer
Rachel Farrbijvak renaissance- en barokdans