Clavichord

Het hoofdvak clavichord wordt gegeven in het derde en vierde jaar van de bacheloropleiding en biedt aan klavecinisten, organisten en pianisten de mogelijkheid zich gedurende twee jaar speciaal op het clavichord te richten. Alle belangrijke clavichordtypen komen aan bod, van de meervoudig gebonden instrumenten uit de 16e en 17e eeuw via de diatonische vrije tot de grote ongebonden instrumenten uit de 18e eeuw, inclusief pedaalclavichorden.

Het belangrijkste bijvak is basso continuo (inclusief kamermuziek, het begeleiden van zangers en koor-, orkest-, theater- en kerkmuziek). Studenten die hierin al ruimschoots ervaring hebben opgedaan, kunnen ook een instrumentaal bijvak kiezen, zoals orgel, piano, klavecimbel of pianoforte.

Delen